De bedoeling van het Doppleronderzoek is de bloedstroom in de vaten, slagaders of aders te onderzoeken.

Dit onderzoek wordt gedaan bij mensen die tijdens het lopen pijn in hun benen krijgen (claudicatio intermittens). Deze aandoening wordt in de volksmond ook wel ‘etalagebenen’ genoemd. Dit is eveneens een methode van onderzoek bij mensen met spataders.

Wat is een vaatonderzoek?

Bij een vaatonderzoek worden de slagaders in uw armen en/of benen onderzocht. Met behulp van geluidsgolven wordt door de huisarts of praktijkondersteuner geluisterd naar de bloedstroom. Vervolgens wordt de bloedruk gemeten in beide armen en benen. Het onderzoek vindt plaats in de behandelkamer en duurt ongeveer 15 minuten.

Procedure

Het is van belang om met een goed uitgerust lichaam te starten met het onderzoek. We vragen u dan ook om tien minuten voor aanvang aanwezig te zijn, zodat uw lichaam even tot rust kan komen. Tijdens het onderzoek krijgt u een bloeddrukband om uw enkels en één om elke arm. Om die reden adviseren we u gemakkelijke zittende kleding aan te doen.

Voor het onderzoek doet u uw schoenen en de broek tot de knieën omhoog en u wordt gevraagd om op de onderzoeksbank te gaan liggen.

Het beluisteren van de bloedvaten is niet pijnlijk. De geluidsgolven die het apparaatje uitzendt worden door het bloed dat door de slagaders stroomt, teruggekaatst. Vervolgens vangt het apparaat de golven weer op en dit signaal wordt door het Dopplerapparaat hoor- en zichtbaar gemaakt. Het geluid dat u hoort is een versterking van dit signaal. Dit lawaai is normaal.

Na het onderzoek kleedt u zich weer aan. De praktijkondersteuner of huisarts bespreekt met u de uitslag.